Padel steeds populairder bij voetballers
Een paar jaar geleden was Karl Robinson, destijds manager van de Engelse League One club Oxford United, op vakantie in Spanje toen hij een groep jongens een sport zag spelen die hij niet herkende.
Er was een veld, een racket en een bal. Het leek erg op tennis, maar het was duidelijk geen tennis. Het leek ook veel op squash, maar het was ook duidelijk geen squash. Voor Robinson was deze ontdekking het begin van een “obsessie”. Bij zijn terugkeer naar Groot-Brittannië introduceerde hij padeltennis bij het personeel van Oxford. Toen hij vorig seizoen assistent werd bij Leeds United onder Sam Allardyce, was een van de eerste dingen die hij deed het huren van een padelbaan voor het personeel.
Dit is echter geen lokale rage in de lagere niveaus van het Engelse voetbal. Het is een wereldwijde trend, met enkele van de grootste namen in voetbal.
Lionel Messi raakte besmet met het padelvirus toen hij in Barcelona woonde; Cristiano Ronaldo en Neymar zijn ook fans, net als Jurgen Klopp en Pep Ljinders die regelmatig samen spelen bij Liverpool (de club plaatste een video van hen toen ze tegen Mohamed Salah en Thiago speelden tijdens een tour in Dubai).
En ook in Nederland speelt de trainer van Feyenoord, Arne Slot graag een potje padel, sterker nog, na het behalen van het kampioenschap in 2023, heeft de club een Padelbaan aangelegd op trainingscomplex 1908
Nasser Al Khelaifi, eigenaar van Paris Saint-Germain, is zelfs zo’n fan dat zijn bedrijf Qatar Sports Investments (QSI) vorige maand de professionele padelwereld overnam.
Wat is de aantrekkingskracht van padel?
De oorsprong is Spaans, uitgevonden in 1969 door Enrique Corcuera, een Mexicaanse zakenman die niet genoeg ruimte had bij zijn vakantiehuis in Acapulco om een tennisbaan aan te leggen. In plaats daarvan creëerde hij een ruimte die 25% kleiner was, met de muren als een belangrijk onderdeel van het spel, net als bij squash.
De populariteit van padel, dat altijd in paren wordt gespeeld en hetzelfde scoresysteem heeft als tennis, is geëxplodeerd in Zuid-Europa sinds de pandemie, toen voetbal en basketbal werden verboden en sportscholen en zwembaden werden gesloten. In Spanje, Italië en Portugal werd padel beschouwd als een non-contact sport en daarom bleven de banen grotendeels open.
Alleen in Italië is het aantal padelbanen sinds 2020 al met 500% toegenomen tot bijna 5.000. Het enige land dat nog niet lijkt te zijn gevallen voor padel, dat vaak wordt omschreven als de snelst groeiende sport ter wereld, zijn de Verenigde Staten.
Waarom spelen voetballers Padel?
Padel is een geweldige manier om te sporten zonder geblesseerd te raken. Het helpt om overtollige energie te verbranden en houdt je geest scherp, maar het heeft geen enorme fysieke impact. De bal is altijd in het spel, maar je hoeft nauwelijks over het veld te rennen.
Het stelt je ook in staat om creatief te zijn en dit brengt onvoorspelbaarheid met zich mee. Maar wat het belangrijkste is, het is echt heel competitief — en voetballers houden van competitie.